De bisschoppelijke ring
Onder de priesters heeft de bisschop een belangrijke rol die geladen is met betekenis voor de gelovigen. Als “opziener” (van het Griekse επίσκοπος, epískopos) belichaamt hij de herder van de zielen, eminente bedienaar van de eredienst, leraar en gids.
Elke bisschop vertegenwoordigt een opvolger van de apostelen, door Jezus gekozen als metgezellen in het leven en de eerste ontvangers van zijn woord. Hij vertrouwde hen de missie toe om zijn woord te verkondigen en zijn kudde te beschermen tegen het kwaad, een taak die vandaag de dag nog steeds door bisschoppen wordt uitgevoerd.
Pastorale ringen zijn slechts een van de symbolen die deze religieuze figuren kenmerken en hen identificeren in hun missie. De pastorale of bisschoppelijke ring is een ring van edelmetaal (vaak goud, maar er kunnen ook andere metalen worden gebruikt) die de bisschop aan zijn rechterringvinger draagt als teken van zijn rol en ambt.
De bisschopsring symboliseert de keuze van de bisschop voor gehoorzaamheid en dienst aan de Kerk, zijn verklaring van trouw en intenties, maar ook zijn macht over de gelovigen die aan hem zijn toevertrouwd. De ronde vorm van de pastorale ring stelt de eeuwigheid voor, het oneindige zonder begin of einde.
De bisschop ontvangt de bisschopsring tijdens zijn wijding. De traditie van het kussen van de pastorale ring stamt uit de Middeleeuwen, toen het kussen van de ring van een vorst een teken van respect en onderwerping was.
Pastorale ringen kunnen worden versierd met edelstenen, zoals de traditie voorschrijft, soms versierd met diamanten: het soort steen symboliseert de rang van de priester die hem draagt (een saffier of robijn voor de kardinaal, een gele topaas voor de aartsbisschop, een amethist voor de bisschop).
De bisschopsring kan ook zonder edelstenen zijn, maar versierd met insnijdingen en ontwerpen die religieuze symbolen voorstellen volgens een traditie die teruggaat tot de eerste christenen.
In ieder geval is de pastorale ring een voorwerp van grote symbolische en religieuze waarde voor degene die hem draagt en voor degenen die zich met geloof en vertrouwen tot de bisschop richten.